In het onderwijs wordt kwaliteit vaak gezien als kwaliteitszorg. Het is een vaststaande norm die via allerlei borgingsmechanismen gecontroleerd moet worden. Vaak wordt het uitbesteed aan enkele collega’s die dan de kwaliteitsfunctionaris zijn van de opleiding. Het liefst houden we het een beetje buiten de deur. Onderwijsinnovatie daarentegen gaat over verandering, uitproberen en professionele ruimte. Daardoor lijken beide processen op het eerste gezicht los van elkaar te staan.
Als leidinggevenden herken je misschien wel het spanningsveld. Borging vraagt om voorspelbaarheid en beheersing, terwijl innovatie juist om flexibiliteit en durf vraagt. Het is niet altijd gemakkelijk om in balans beide aandacht te geven. De focus op borging kan leiden tot terughoudendheid bij experimenteren en leren, terwijl een nadruk op vernieuwing het gevoel kan geven dat mogelijk de basiskwaliteit onder druk komt te staan.
Om met dit spanningsveld om te gaan helpt het om breder naar onderwijskwaliteit te kijken.
Onderwijskwaliteit is meer dan kwaliteitszorg
Kwaliteit in het onderwijs gaat niet alleen over kwaliteitszorg, maar ook over kwaliteitsontwikkeling. Waar kwaliteitszorg zich richt op het borgen van processen achteraf, draait kwaliteitsontwikkeling om het vooraf zorgen voor kwaliteit. Dit vraagt om een proces waarin leidinggevenden, docenten en ondersteunend personeel gezamenlijk reflecteren, feedback geven en leren. Daarbij is een gedeelde verantwoordelijkheid essentieel, evenals een cultuur waarin iedereen zich betrokken voelt bij de kwaliteit van het onderwijs.
Een hulpmiddel dat hierbij van waarde is, is het toetsweb. Dit model beschrijft vier ontwikkelingsfasen die inzicht geven in hoe een organisatie werkt aan duurzame kwaliteitsontwikkeling. De fasen laten een ontwikkeling zien in de manier waarop actoren betrokken worden (van individuele inspanningen naar samenwerking tussen alle relevante partijen), in de blik op de toekomst (van ad-hoc maatregelen naar een langetermijnstrategie) en in de mate waarin kwaliteitsactiviteiten geïntegreerd zijn in het onderwijsproces (van losstaande acties naar een samenhangende aanpak binnen bestaande processen). De fasen zijn gebaseerd op het Auditing Instrument for Sustainability in Higher Education (AISHE). Hoewel dit model specifiek ontwikkeld is voor toetsing, biedt het bredere toepassingsmogelijkheden.
- Ad-hoc: Individuele actoren nemen op eigen initiatief verbeter- of vernieuwingsmaatregelen, zonder aandacht voor onderlinge samenhang. Kwaliteitsverbetering en innovatie zijn versnipperd en afhankelijk van losse initiatieven.
- Procesgericht: Verbeter- en vernieuwingsactiviteiten worden planmatiger en met korte termijn doelen uitgevoerd, waarbij de samenhang tussen verschillende inspanningen groeit.
- Ketengericht: Alle relevante actoren werken samen vanuit een middellange termijn perspectief, waarbij verbeter- en vernieuwingsactiviteiten structureel worden geïntegreerd in lopende processen binnen de opleiding. De PDCA-cyclus wordt hierbij toegepast.
- Systeemgericht: Continu verbeteren en vernieuwen zijn ingebed in de organisatiecultuur. Reflectie en leren zijn vanzelfsprekend en een integraal onderdeel van de dagelijkse praktijk. Alle betrokkenen binnen en buiten de organisatie werken samen vanuit een langetermijnperspectief aan kwaliteitsontwikkeling binnen bestaande processen en samenwerkingsverbanden.
Voor duurzame onderwijsinnovatie is het van belang dat deze aansluit bij de bestaande werkwijze en cultuur van een organisatie. In omgevingen waar nog voornamelijk ad-hoc of procesgericht gewerkt wordt, ontbreekt vaak de noodzakelijke ondersteuning voor innovatie. Hierdoor blijven vernieuwingen beperkt tot losse inspanningen die niet breed gedragen worden en snel verdwijnen.
Een stapsgewijze, doordachte aanpak is daarom van belang. Organisaties moeten allereerst investeren in een cultuur waarin gezamenlijke verantwoordelijkheid en continue verbetering centraal staan. Pas wanneer deze basis stevig verankerd is, kan innovatie duurzaam worden ingebed in de organisatie.
Mijn advies: investeren in een professionele cultuur
Voor leidinggevenden die onderwijsinnovatie willen versterken, is mijn advies om actief te werken aan een professionele cultuur. Een professionele cultuur onderscheidt zich van een ambtelijk-politieke cultuur. In een professionele cultuur heeft kwaliteit de grootste stem. Niet ‘wie de baas is mag het zeggen’, maar ‘wie het weet mag het zeggen’. Dit heet het principe van erkende ongelijkheid: degene met de meeste expertise neemt besluiten, in overleg met andere deskundigen. Dit in tegenstelling tot een politieke cultuur, waar iedereen overal over mee praat en beslissingen vaak gebaseerd zijn op meerderheidsstemmen in plaats van inhoudelijke expertise.
Dit betekent:
- Rolmodel zijn: Leidinggevenden dienen zelf de professionele cultuur voor te leven door reflectief te zijn, open te staan voor feedback en een voorbeeld te zijn in continu leren.
- Gedrag sturen: Aanspreken, coachen en corrigeren zijn essentieel om een gezamenlijke cultuur te ontwikkelen waarin borgen en zorgen voor kwaliteit het fundament vormen voor innovatie.
- Innovatie verbinden aan kwaliteitsontwikkeling: Niet als losse initiatieven, maar als een structureel onderdeel van de organisatie.
- Ruimte bieden voor experiment: Creëer een cultuur waarin teams eigenaarschap ervaren en waar fouten maken wordt gezien als een kans om te leren.
Hoe wordt in jouw organisatie gewerkt aan kwaliteit en innovatie? Waar liggen kansen om deze twee domeinen beter met elkaar te verbinden? Laten we hierover in gesprek gaan! Deel je ervaringen of neem contact op om samen te verkennen hoe jouw organisatie de stap kan zetten naar duurzame onderwijsinnovatie.
Bronnen
Baartman, L., & Van der Vleuten, C. (2015). Kwaliteit van een toetsprogramma. In D. Sluijsmans, D. Joosten-ten Brinke, & T. van Schilt-Mol (Reds.), Kwaliteit van toetsing onder de loep. Handvatten om de kwaliteit van toetsing in het hoger onderwijs te analyseren, verbeteren en borgen. (pp. 79-91). Garant.
Galenkamp, H., & Schut, J. (2018). Handboek professionele schoolcultuur. Focus op koers en gedrag. (2e druk). Pica.
HAN University of Applied Sciences. (2021, maart). Het toetsweb: duurzame kwaliteit van toetsing. Geraadpleegd op 4 februari 2025, van https://www.han.nl/artikelen/2021/03/het-toetsweb-duurzame-kwaliteit-van-toetsing/
Kaijen, M. (2020). Leren(d) innoveren. Naar zinvol en betekenisvol onderwijs in het hbo. Ten Brink.
Kaijen, M. (2023). Anders willen, Anders denken, Anders doen. Docenten aan het roer bij onderwijsinnovatie in het hbo. Ten Brink.
Legemaate, M., Grol, R., Huisman, J., Oolbekkink–Marchand, H., & Nieuwenhuis, L. (2022). Enhancing a quality culture in higher education from a socio-technical systems design perspective. Quality in Higher Education, 28(3), 345-359. DOI: 10.1080/13538322.2021.1945524.
Geef een reactie